Regels van Phase 10
Phase 10 is een rummyvariant uit 1982, ontwikkeld door Kenneth Johnson (sinds 2010 bij Mattel) voor 2 tot 6 spelers. Het spel gebruikt 108 kaarten: 96 genummerde in vier kleuren plus acht Wilds en vier Skips. Het doel is om alle tien fases in volgorde te halen. Kaarten die overblijven tellen als strafpunten. Wie fase 10 voltooit en (in geval van gelijktijdig finishen) de laagste totaalscore heeft, wint. Op Phase 10 bestaan verschillende varianten, waaronder de Masters Edition, Twist (met bord), Dice en Junior. Phase 10 kan ook online worden gespeeld.
Officiële spelregels van Phase 10 downloaden →Uitleg over Phase 10:
)
Doel van het spel Phase 10
Het doel van Phase 10 is om als eerste speler alle tien voorgeschreven fases te voltooien en dit in de juiste volgorde. Elke fase bestaat uit een specifieke combinatie van kaarten, zoals meerdere sets van gelijke waarde, opeenvolgende runs of een reeks kaarten van één kleur. Tijdens het spel werkt iedere speler per hand aan de huidige fase. Wie een fase in een ronde voltooit, gaat in de volgende hand verder met de daaropvolgende fase. Lukt het niet, dan moet dezelfde fase opnieuw worden gespeeld. Het is dus niet voldoende om alleen snel kaarten te leggen. Aan het einde van het spel wint de speler die als eerste de tiende fase afrondt. Indien meerdere spelers dit gelijktijdig doen, beslist de laagste totaalscore over de uiteindelijke winnaar.
Spelregels van Phase 10
Phase 10 wordt gespeeld met een speciaal kaartspel van 108 kaarten en kan door 2 tot 6 spelers worden gespeeld. Elke ronde trekken spelers kaarten, leggen combinaties neer en proberen ze hun huidige fase te voltooien. Het spelverloop is onderverdeeld in beurten, waarin spelers telkens één kaart trekken en één kaart afleggen. Zodra een speler zijn volledige fase in handen heeft, legt hij deze open neer. Daarna kan hij resterende kaarten aanleggen bij bestaande combinaties (zowel de eigen combinaties als die van tegenstanders). De ronde eindigt wanneer een speler al zijn kaarten kwijt is. Spelers die hun fase hebben voltooid, gaan door naar de volgende. De andere spelers blijven in dezelfde fase. Na elke ronde worden strafpunten geteld voor overgebleven kaarten. Het spel gaat door totdat iemand fase 10 haalt en uitgaat.
Spelvoorbereiding
Vooraf wordt een dealer gekozen, die het spel schudt en aan iedere speler tien kaarten uitdeelt. De resterende kaarten vormen een gesloten trekstapel in het midden. De bovenste kaart van deze stapel wordt omgedraaid en vormt de start van de open aflegstapel. De speler links van de dealer begint en het spel verloopt met de klok mee. Op de referentiekaarten staan de tien fases vermeld, zodat iedere speler weet welke combinatie hij moet behalen. Naast de 96 genummerde kaarten (1 t/m 12 in vier kleuren) bevat het spel acht Wilds en vier Skips, die speciale functies hebben. Wilds kunnen elke kaart vervangen, terwijl Skips een tegenstander een beurt laten overslaan. Het is handig om je kaarten vanaf het begin te sorteren op kleur of waarde.
Spelbeurten en fasen voltooien
Een beurt start altijd met het trekken van één kaart. Dit mag van de gesloten trekstapel of van de open aflegstapel. Vervolgens beslist de speler of hij zijn fase kan en wil neerleggen. Een fase moet in één keer compleet worden gelegd, met precies de vereiste combinaties voor dat niveau. Bijvoorbeeld: bij fase 1 zijn dat twee sets van drie gelijke waarde. Extra kaarten mogen alleen worden toegevoegd als ze passen binnen de gelegde combinaties. Na het neerleggen mag de speler resterende kaarten “hitten” bij bestaande fases van zichzelf of anderen. Een beurt eindigt door één kaart af te leggen op de open stapel. Belangrijk is dat spelers slechts één fase per ronde kunnen behalen, zelfs als de hand meer dan één fase dekt. Wie zijn fase niet haalt, speelt in de volgende ronde opnieuw voor dezelfde combinatie.
Speciale kaarten: Wild en Skip
Wild-kaarten zijn uiterst flexibel: ze kunnen als elk getal en elke kleur worden gebruikt, zolang er minimaal één natuurlijke kaart in de fase aanwezig is. Er mogen meerdere Wilds in dezelfde combinatie worden gelegd, wat de kans op het snel voltooien van een fase vergroot. Een eenmaal gelegde Wild mag niet worden vervangen door de echte kaart en blijft tot het einde van de hand liggen. Skip-kaarten hebben een geheel andere functie: ze dienen uitsluitend om een tegenstander zijn beurt te laten overslaan. Een Skip wordt afgelegd en de speler wijst aan wie er wordt overgeslagen. Een Skip kan niet uit de open aflegstapel worden genomen en mag niet in fases worden gebruikt. Bovendien kan een speler niet twee keer in hetzelfde rondje worden overgeslagen. Door slim gebruik te maken van Wilds en Skips kan een speler zowel zijn eigen voortgang versnellen als de plannen van tegenstanders doorkruisen.
Hitting en uitgaan
Zodra een speler zijn fase heeft neergelegd, kan hij resterende kaarten kwijt door ze aan te leggen bij bestaande combinaties, ook wel “hitting” genoemd. Dit kan zowel op eigen fases als die van andere spelers, mits de kaarten logisch passen. Voorbeelden zijn het toevoegen van een 4 aan een bestaande set van vieren of het verlengen van een run. Het doel van hitting is om zo snel mogelijk van alle resterende kaarten af te komen. De ronde eindigt wanneer een speler uitgaat door zijn laatste kaart af te leggen. Alle andere spelers tellen de punten op van hun overgebleven kaarten: 5 punten voor kaarten 1–9, 10 punten voor 10–12, 15 punten voor een Skip en 25 punten voor een Wild. Deze strafpunten worden bij hun totaalscore opgeteld. Lage scores zijn gunstig, want bij een gelijktijdige voltooiing van fase 10 beslist de laagste score wie wint.
De tien fases van Phase 10
In Phase 10 doorloopt iedere speler tien vaste fases die in volgorde moeten worden voltooid. Elke fase vraagt om een specifieke kaartcombinatie, waarbij gebruik kan worden gemaakt van Wilds om ontbrekende kaarten te vervangen.
1. Twee sets van 3 – Twee combinaties van elk drie kaarten met dezelfde waarde, bijvoorbeeld drie 7’s en drie 10’s.
2. Eén set van 3 + één run van 4 – Bijvoorbeeld drie keer vijf en een reeks 6-7-8-9.
3. Eén set van 4 + één run van 4 – Bijvoorbeeld vier keer twee en een reeks 3-4-5-6.
4. Eén run van 7 – Zeven opeenvolgende kaarten, zoals 4-5-6-7-8-9-10.
5. Eén run van 8 – Acht opeenvolgende kaarten, zoals 2-3-4-5-6-7-8-9.
6. Eén run van 9 – Negen opeenvolgende kaarten, zoals 1-2-3-4-5-6-7-8-9.
7. Twee sets van 4 – Bijvoorbeeld vier keer negen en vier koningen (12).
8. Zeven kaarten van één kleur – Zeven kaarten in bijvoorbeeld alleen rood, willekeurige waarden.
9. Eén set van 5 + één set van 2 – Bijvoorbeeld vijf keer acht en twee keer drie.
10. Eén set van 5 + één set van 3 – Bijvoorbeeld vijf keer vier en drie keer elf.
Officiële spelregels van Phase 10 downloaden
De officiële spelregels van Phase 10 zijn gratis te downloaden in en bevatten alle informatie die nodig is om het spel correct te spelen. In dit document vind je een overzicht van het doel van het spel, de inhoud van het kaartspel en gedetailleerde instructies om Phase 10 te spelen. Ook worden de tien fases helder uitgelegd. Daarnaast staan de functies van speciale kaarten zoals Wilds en Skips beschreven.
Hoe speel je Phase 10?
Phase 10 is een kaartspel waarbij spelers in opeenvolgende rondes proberen tien specifieke fases te voltooien. Elke fase vereist een combinatie van kaarten, zoals sets, runs of kaarten van één kleur. Spelers trekken en leggen kaarten af om hun fase te behalen. Wie zijn fase voltooit, mag in de volgende ronde naar de volgende fase. Wie faalt, moet dezelfde fase opnieuw proberen. Het spel eindigt wanneer iemand de tiende fase heeft voltooid.
Kies een dealer en deel de kaarten
Bepaal wie de dealer is en laat deze de kaarten schudden. De dealer geeft aan iedere speler tien kaarten, één voor één, gesloten. De resterende stapel vormt de trekstapel, met daarnaast één open kaart als start van de aflegstapel.
Bepaal de eerste speler en speelrichting
De speler links van de dealer begint en het spel verloopt met de klok mee. Elke speler trekt aan het begin van zijn beurt een kaart van de trekstapel of de aflegstapel. Vervolgens legt hij aan het einde van de beurt één kaart af op de aflegstapel.
Werk aan de huidige fase
Elke speler probeert tijdens een ronde de huidige fase volledig te vormen met de kaarten in zijn hand. Een fase moet in één keer worden neergelegd en exact aan de vereisten voldoen. Extra passende kaarten mogen direct worden toegevoegd aan de neergelegde combinatie.
Gebruik speciale kaarten strategisch
Wild-kaarten kunnen elke waarde en kleur aannemen en helpen bij het snel voltooien van een fase. Skip-kaarten laten een tegenstander een beurt overslaan, wat hun voortgang vertraagt. Beide kaarttypes kunnen het spelverloop sterk beïnvloeden en verdienen zorgvuldig gebruik.
Leg aan bij bestaande fases
Zodra je jouw fase hebt neergelegd, mag je resterende kaarten aanleggen bij combinaties van jezelf of anderen. Deze kaarten moeten logisch aansluiten op bestaande sets of runs. Aanleggen helpt om sneller je hand leeg te spelen en zo de ronde te beëindigen.
Ga uit en tel de punten
De ronde eindigt zodra een speler zijn laatste kaart heeft afgelegd. Spelers die hun fase hebben voltooid, gaan naar de volgende fase, de anderen blijven in dezelfde fase. De punten van de overgebleven kaarten worden opgeteld, waarbij lage scores het voordeligst zijn.
Herhaal tot het spel eindigt
Na het tellen van de punten worden alle kaarten opnieuw geschud en gedeeld. Het spel gaat door totdat een speler de tiende fase heeft voltooid en uitgaat. Bij gelijktijdige voltooiing beslist de laagste totaalscore over de winnaar.
Varianten en soortgelijke spellen als Phase 10
Naast de originele Phase 10 zijn er diverse varianten die het spel een andere dynamiek geven. Zo is er de Junior-versie, speciaal ontwikkeld voor jonge spelers, met eenvoudigere fases en vrolijke illustraties die het leren herkennen van getallen en kleuren ondersteunen. De Masters Edition voegt dan weer meer strategie toe, doordat spelers zelf mogen kiezen welke fase ze in een ronde proberen te halen. Andere varianten, zoals Phase 10 Twist of Phase 10 Dice, gebruiken respectievelijk een speelbord of dobbelstenen om de spelbeleving te veranderen. Wie de stijl van Phase 10 leuk vindt, zal mogelijk ook plezier beleven aan soortgelijke spellen zoals Rummikub of Contract Bridge.
Officiële score sheet van Phase 10 downloaden
Voor het overzichtelijk bijhouden van punten is er een officiële Phase 10 score sheet beschikbaar. Deze kan gratis worden gedownload, waarna hij eenvoudig is te printen en in te vullen tijdens het spelen. De score sheet van Phase 10 bevat kolommen voor alle spelers en per ronde, zodat snel te zien is wie er voorstaat en hoeveel strafpunten iedere deelnemer heeft verzameld. Dit voorkomt discussie en maakt het spel overzichtelijk, vooral bij langere speelsessies met meerdere rondes. Op de volgende score sheet heb je voldoende ruimte voor 21 handen. De verschillende fases zijn ook nog eens weergegeven. Daarnaast vind je een voorbeeld voor het invullen van het scoreblad van Phase 10.
Phase 10 Score Sheet downloaden →
Veelgestelde vragen over Phase 10
Phase 10 is een kaartspel dat vaak vragen oproept bij nieuwe spelers. De combinatie van vaste fases, speciale kaarten en verschillende spelvarianten maakt het spel veelzijdig, maar soms ook complex. In deze FAQ worden veelgestelde vragen beantwoord, zodat het spel soepel kan verlopen. De antwoorden zijn gebaseerd op de officiële spelregels van Phase 10.
Voor welke leeftijd is Phase 10 geschikt?
Phase 10 wordt aangeraden voor spelers vanaf 7 jaar, onder andere door de complexiteit. Jongere kinderen kunnen meedoen met de Junior-versie.
Met hoeveel spelers kan Phase 10 worden gespeeld?
Het spel is geschikt voor 2 tot 6 spelers, waarbij het speltempo afhankelijk is van het aantal deelnemers.
Hoelang duurt een gemiddeld potje Phase 10?
Een volledige sessie kan variëren van één uur tot enkele uren, afhankelijk van het aantal spelers en het spelverloop.
Moeten de fases van Phase 10 altijd in dezelfde volgorde worden gespeeld?
Ja, in de standaarduitvoering moeten de fases altijd in oplopende volgorde worden voltooid.
Wat is het verschil tussen een set en een run?
Een set bestaat uit kaarten met dezelfde waarde, terwijl een run een reeks opeenvolgende waarden is, ongeacht de kleur.
Hoe werken Wild-kaarten bij Phase 10?
Wilds mogen elke kaartwaarde en kleur aannemen, zolang er minimaal één natuurlijke kaart in de combinatie aanwezig is.
Hoe wordt de winnaar bepaald als meerdere spelers fase 10 voltooien?
In dat geval wint degene met de laagste totaalscore. Bij een gelijke stand wordt fase 10 opnieuw gespeeld.
In dat geval wint degene met de laagste totaalscore. Bij een gelijke stand wordt fase 10 opnieuw gespeeld. Kan Phase 10 online worden gespeeld?
Er bestaan officiële apps voor onder meer iOS en Android. Dit staat je toe om Phase 10 op je smartphone of tablet te spelen.